Rupie Edwards
Dank John, ik was zelf even met andere zaken bezig maar ben weer
terug. Nadat John wat
reggaepoets/dichters besproken heeft wordt het weer eens tijd voor een
producer. Ik weet niet of je het herkent maar wanneer je met reggae in
aanraking komt dan komen ‘toevallig’ op één of andere manier altijd weer
dezelfde producers in beeld. Natuurlijk zijn dat de perries,
Clemment Dodds, en de Bunny
Lees van deze wereld. Maar in mijn geval huurde ik vroeger in de bibliotheek toevallig
vaker dan gemiddeld een plaat met als producer Rupie Edwards. Dus het wordt tijd hem te
bespreken. Jammer mis die tijd van de bibliotheek wel. Was
lekker ongedwongen. Nu heb ik wensenlijsten met labels, versies en
matrixnummers. Ergens is het mis gegaan. Maar goed op naar Rupie.
Rupie Edwards (Rupert Lloyd Edwards) geboren op 4 juli
1945 Goshen. Trekt met zijn familie op 13 jarige
leeftijd naar Kingston. Zijn eerste stappen zijn het opzetten van een
schoolband. Hij zingt en brengt in 1962 ‘Guilty Convict/Jus because’ uit. De song
is geproduceerd door litte Wonder Smith
(van Little Wonder Music
Store in Kingston). De single is uitgebracht op Melodisc
in Engeland. Hij krijgt 15 pond voor die sessie.
Samen
met Junior Menz vormt hij daarna eerst the Ambassadors, nadat Dobby Dobson er bij komt, trio’s waren tegen het einde van de
jaren zestig meer in trek dan duo’s, noemen ze zichzelf rond 1968 The Virtues. Met nummers als ‘High Tide’
(instrumentaal vormgegeven door Val Bennett en The
Bunny Lee All Stars) en ‘Sweet Nanny’. The Virtues bestonden al eerder maar
waren toen een tourings/begeleidingsband van producer
Harry J. Gelijktijdig begint hij ook met
zelfproducties en produceert hij The mediators (aka
The Itals met JahLloyd) en
The Concords (Gregory Isaacs en de onbekende Penroe
Bramwell).
Vanaf 1968
produceert hij steeds meer wat hem tot één van de eerste tweede
generatie producers maakt. Hij richt kort daarna zijn eigen label Success op. Natuurlijk mag de bijbehorende platenwinkel
niet ontbreken. Deze was te vinden op 136 ½ Orange Street. Er wordt gefluisterd dat Rupie
de eerste was die de version op de b kant van een
single introduceerde. Dit bij een groep genaamd The Saints
in 1969.
De
periode tot 1970 kenmerkt zich door veel instrumentaal geweld met namen als
Tommy MC Cook, Winston Wright, Tyrone Downie, Vin Gordon, Marques, Carl Bryan
en veel zelfproducties. Voorbeelden van songs uit die tijd van de eerder
genoemde bands zijn ‘Look When You Go To A Party’, ‘Who A Bust Style’,
‘Don't Let Me Suffer’, ‘Everytime’,
‘Mother Cubba’ en met Dobby Dobson ‘That
wonderful sound’ en ‘Your
New Love’. LP/CD´s die een goed beeld van deze
periode geven zijn Success Archives Vol.8
en Pure Gold (beiden Success label).
Hij
maakt in Jamaica eind jaren zestig naam als producer. Tevens omdat zijn singles
uitgebracht worden door Pama in Engeland. En daar zit
het geld. Er komen dus veel artiesten langs, die te verdelen zijn in de reeds gevestigde namen en diegene die hun carrière bij hem
begonnen zijn. Laten we beginnen met de gevestigde namen. Erroll
Dunkely neemt het sublieme ‘Three
In One’ in 1969 op. Daarnaast
worden ook de klassieker ‘Darling Ooh’
met Rupie Edwards op vinyl
vastgelegd. Joe
Higgs met ‘Burning Fire’, The Ethiopians ‘Pray Mama Pray Papa’ en ‘Buy
You A Ring’, Bob Andy met ‘The Way I Feel’, John met ‘Holt Fat Girl Sexy Girl’ en ‘Man & Woman’ en ‘That Loving Feel’ van de The Heptones. De LP
Rupie Gems uit 1974 op het Catus label is een LP die een aantal werken uit deze
periode verzamelt. Vermoedelijk staan de Trojan verzamelaars vol
met dit soort werk omdat hij vanaf 1970 veel op het Big label uitbrengt wat van
Trojan is.
Het begin jaren
70-tig werk lijkt veel op het werk van Lee Perry maar dit komt omdat ze van dezelfde sessiemuzikanten
gebruik maken. Rupie heeft ook nog een ander label
namelijk opportunity. Hier verschijnen ook songs op
die niet in Engeland uitkomen.
Wat ook interessant
is dat hij voor een aantal artiesten een bepalende producer is geweest. Voor de
Mighty Diamond, Gregory Isaacs, Johnny Clarke en Sugar Minott toen hij nog bij de The African Brothers zat. Gregory Isaacs heeft
‘Too Late’ en ‘Each Day’ aan hem te danken, The Diamons
‘Girl You Are Too Young’, Johnny Clarke de kraker 'Everyday Wondering' en The African Brothers ‘Mystery Of Nature’. Al deze
songs hebben deze artiesten (in Engeland) op de kaart gezet of ze laten
debuteren.
Ook was hij in de weer met DJ’s als I Roy
en U Roy maar vooral ook met Shorty
the president, Jah Woosh en
Dennis Alcapone die in
"1971-72" de gouden cup won. In het leven geroepen door Record Retailer. Record Retailer was een
muziekblad van Rupie Edwards.
Er waren namelijk nog geen prijzen voor DJ’s dus verzon Rupie
er één.
Wat
verder leuk om te vermelden is dat Junior Delgado twee
singels met Rupie opnam ‘Rasta
Dreadlocks’ en ‘Run Baldhead’, onder de naam The Heaven Singers. Ook kwamen de The Kingstonians langs om het nummer ‘You
Can’t Wine’
op te nemen en ten slotte wil ik B B Seaton met ‘I Want Justice’ nog
noemen.
Natuurlijk
kan Dub niet ontbreken. In 1974 voegen Bruce White and Tony Cousins het
Cactus label toe aan de Creole familie (hun label/recordcompany). ‘Irie Feeling’ verschijnt op dit label
en is succesvol in de charts. Het nummer is een dub versie
van Johnnie Clarke zijn hit
‘Everyday Wandering’. Rupie is druk in de weer met versies. Het Yamaha Skank album uit
1974 is hlemaal opgebouwd rondom het ritme ‘My conversation’ van Slim Smith!
In 1975 verschijnt de LP Ire Feelings. Niet te verwarren met de door Trojan
uitgebrachte Ire Feelings - Chapter
and Version. Die laatste is een afschuwelijke CD. Zoveel versies van één
nummer kan een normaal mens niet aan. Als je er wat objectiever naar kijkt
zitten er goede versies tussen. Echter de andere CD door Trojan
uitgebracht en opgebouwd rondom één versie is Let there be version. Deze is net iets minder vervelend.
Gelukkig verschijnen er ook twee goede Dub albums op het
Cactus label. In 1975 komt Dub Basket
uit en in 1976 komt de opvolger Dub
Basket Chapter II uit. Beide goede kale dub,
opgebouwd uit vooral de drum en bass en steunt minder
op special mixing effects.
Logisch dat op beide LP’s zijn beste ritmes worden gebruikt.
In 1975 komt hij ook in de Black Ark van Perry
terecht waar hij ‘Baby it’s you’
opneemt en deze op 12’’ Succes uitbrengt. ‘Baby Dub’ komt uit op een 7’’ van
het obscure REAS label. ‘Prayer Dub’ is de dub van ‘Say a Prayer’ en is op dezelfde
7’’ te vinden. ‘Three pan a murder’
is op het zelfde ritme vormgegeven als ‘Say a Prayer’. Ook ‘Three pan a murder’ is uitgebracht op REAS maar ook op Cactus. Een
ander nummer ook uit de black ark is ‘Oh Black People’ wat een juweeltje is. Ik heb hem alleen gezien als een
blank Success label 12’’ op e-bay.
Staat verder een goede black ark dub en een toast van volgens mij op het ‘three pan a murder’ ritme. Maar
als je hem koopt dan biedt de verkoper een maand later weer een exemplaar aan.
Lijkt wel alsof hij ze perst. Maar wel kopen, niets is oneindig.
In 1976
komt de goede LP Jamaica Serenade uit
op het Cactus label met deels de hierboven besproken black ark producties en de
keiharde titelsong ‘Jamaican
Serenade’. Er is een geweldige versie van dit nummer op een 7’’ op het Hiori label te vinden genaamd ‘Natty
Plant It ‘. Ik heb niet alle LP’s van Rupie Edwards besproken maar er
zijn er een groot aantal uitgekomen. Vaak verzamelwerk van zijn 7’’.
Afsluitend,
de belangrijkste bijdrage van Rupie Edwards aan de reggae lijkt zich rond de
eind jaren zestig begin jaren zeventig te concentreren. Reggae begon net te
ontstaan en Rupie Edwards
was de voorloper van een nieuwe groep opkomende en innovatieve producers.
Tegenwoordig
verkoopt hij gospel muziek in Dalston, Ridley Road, Londen. Het schijnt
een bijzondere aimabele man te zijn.
Zigi
Discografie:
- Yamaha Skank (Success 1974) aka Let There Be Version
(Trojan 1990)
- Hit Picks (Horse 1974)
- Rupie Gems (Cactus 1974)
- Ire Feelings (Cactus 1975)
- Dub Basket (Cactus 1975) aka Dub Classic
(Success 1977)
- Pure Gold (Success 1976?) aka
Success Archives Vol.3
- Dub Basket II (Cactus
1976)
- Rupies Gems Chapter II (Cactus 1976)
- Jamaica Serenade (Cactus 1976)
- House Of Lovers (Success 1976?)
- Lover Roots (Success 1976?)
- Pleasure and Pain (Success 1977?)
- Ire Feelings, Chapter &
Version (Trojan 1985)
- House of Lovers vol 2 (Success 1998)
- Rupie's Scorchers (Trybute 2002) aka Success Archives
Vol.1 (Success)
- Success Archives Vol.5 (Success
2006)
- Success Archives Volume 8 (Success 2007)
- Bible Music Citation (Success 2007)